Op route van Cairns naar Darwin (The Top End)

7 maart 2013 - Darwin, Australië

Beste allemaal, we laten de prachtige onderwaterwereld achter ons en stappen weer in de auto! Darwin is onze eindbestemming voor wat betreft de noordzijde van Australië. Om daar te komen, kiezen we ervoor om eerst een gravelroad / dirtroad (Savannah way) van meer dan 1000 km te nemen en aansluitend een verharde route door Nationale Parken te rijden. We verwachten in het Northern Territory (NT) –hopelijk op veilige afstand- nog krokodillen tegen te komen en nog dwars door enkele Aboriginal communities te trekken. We moeten nog veel warmte trotseren en –net als eerder op onze route over de Tanami-road door de woestijn- de kilometers weer berekenend rijden m.b.t. water, voedsel en benzine. Dit omdat de afstanden tussen de diverse dorpen en gehuchten groot zijn en we dus vooraf moeten bepalen voor hoeveel dagen we ‘verstoten’ zullen zijn van de bewoonde wereld. We gaan de outback weer in!

We kijken er naar uit, ook al weten we, dat deze routes ons zonder de juiste voorbereidingen zomaar kunnen verrassen! De wegen kunnen plots onverhard zijn of wegen kunnen afgesloten zijn vanwege de hevige regenval. Het regenseizoen in NT loopt van januari tot en met maart. Sterker nog, we kunnen zo maar degenen zijn die ‘ontdekken’ dat een weg afgesloten moet worden, omdat we de eersten zijn die een bepaalde weg gebruiken sinds een langere periode (zie reisverslag 01-03). Maar zolang we de juiste voorbereidingen treffen en we bij de locale politiebureaus informeren naar de omstandigheden van de wegen in het betreffende gebied, zijn de meeste risico’s uitgesloten! Vooral de website van Traffic & Travel Information 131940 (www.131940.qld.gov.au) geeft alle updates over Road Closures, Alerts en  Roadworks. Daarnaast heeft ieder ‘shire’ (gemeente) ook zijn Council Road Report Update via locale websites.

Let’s go –further- Down Under!

Hartelijke groet,
Martin en Margrethe

Dag 125 – vrijdag 01 maart 2013
We verlaten het tropische Cairns en laten de bewoonde wereld voor een langere periode achter ons. Bij Woolworths (Australische Jumbo) kopen we de laatste boodschappen en met een volle koelkast en het nodige proviand stappen we in de auto richting Mareeba. Over de heuvels van het Atherton Tableland tanken we bij Chillagoe nog een laatste keer voordat we een afstand moeten overbruggen van iets meer dan 600 km via een onverharde route. De hoofdtank is vol, de subtank is vol en we nemen nog 40 liter ‘extra’ mee in twee jerrycans. Als we afrekenen vraagt de dame of we richting Cairns gaan of de outback in gaan richting het westen. ‘Ja, we gaan richting het westen’, is ons antwoord. ‘Dat gaat waarschijnlijk niet’, zegt de dame overtuigd. ‘Jullie kunnen beter even informeren bij het politiebureau hier verderop in het dorp. Volgens mij zijn er de afgelopen dagen twee bruggen gesloten’, zegt ze terwijl ze e.e.a. aanwijst op de routekaart. Enigszins verrast kijken we elkaar aan, want de informatieborden langs de route geven aan dat de weg ‘open’ is, maar we stappen in de auto en gaan op zoek naar het locale politiebureau. In een oud stationsgebouw dat  dienst doet als politiebureau begroet de agent ons hartelijk. ‘Where are you heading for today?, vraagt de agent. ‘We willen eerst richting het westen en dan zuidwaarts afbuigen naar Normanton´, zeggen we enthousiast. ´Dat gaat niet’, zegt de agent, ‘dit hele gebied is mijn werkomgeving’ –hij wijst een gebied aan van 270x400 km2- ‘en ik weet van alle wegen welke wel en niet afgesloten zijn. Mijn advies is om 30 km terug te rijden en dan af te buigen naar Mount Surprise via een 4WD route. Die weg is prima begaanbaar!’. Met dit advies stappen we een beetje teleurgesteld in de auto, omdat we nu direct van onze vooraf uitgestippelde route moeten afwijken, maar ‘even omrijden’ ligt niet binnen de mogelijkheden, dus we vervolgen onze route naar Mount Surprise.

De route brengt ons door bossen, langs moerassen en door enkele ‘floodways’ waar speciaal ter hoogte van de oversteek met de rivier betonnen rijplaten/brugdekken neergelegd zijn, maar die toch zo af en toe 20 cm onder water liggen. Geen enkel probleem, tot we bij een iets langere ‘floodway’ komen waarbij de rivier wel 100 meter breed is. De zon schijnt voor ons, terwijl achter ons dreigende grijze luchten samen pakken. Langs de weg liggen borden in de berm waarop ‘ROAD CLOSED’ staat,  maar de weg is niet afgesloten.

Cairns - Mt Surprise (2)Cairns - Mt Surprise (3)

We zetten de auto even stil om deze lange oversteek vast te leggen op camera. In alle voorgaande gevallen verzekerden we ons van de diepte van het water door eerst te peilen, maar omdat de vorige ‘floodways’ vandaag allemaal betonnen rijplaten of brugdekken hebben, vertrouwen we er ‘blind’ op, dat ze hier ook liggen. We geven een beetje gas bij en rijden het water in. De eerste 20 meter gaan probleemloos, maar dan opeens voelen we de auto dieper het water ingaan. Dit voelt niet meer als een verharde ondergrond; we merken dat we op zand rijden. Drijfzand wel te verstaan! We geven nog wat gas bij, maar de auto zakt weg met de gehele rechter flank. Dit hadden we niet voorzien en bedacht! Zo zie je maar weer, dat je zonder voorafgaande controle geen oversteek kunt maken.

Cairns - Mt Surprise (5)

Wat we ook proberen, de auto zakt bij het gas geven steeds verder weg. Er zit niks anders op dan uitstappen om te kijken wat de alternatieven zijn. Martin opent zijn deur en op dat moment stroomt het water naar binnen. De auto staat met de rechter flank tot zeker tien cm boven de onderkant van de deur in het stromende water. We kijken elkaar in een moment van verontrusting aan, om vervolgens helder te kunnen nadenken. ‘Kan jouw deur nog wel open’, vraagt Martin. Gelukkig kan Margrethe haar deur openen zonder dat er water naar binnen stroomt. ‘We proberen de trackies onder de voorwielen’, merkt Martin op. ‘Dan leg ik wel wat extra stenen voor wat extra grip neer’, zegt Margrethe en samen stappen we aan de passagierskant uit. Nu pas zien we hoe diep we in het zand weggezakt zijn. Omdat de rivier erg hard stroomt, is het zand onder de wielen weggespoeld en hebben we totaal geen grip meer. De banden hangen aan de ophanging, onvoorstelbaar! Gelukkig ligt de bodemplaat van de auto gelijkmatig verdeeld op het zand, zodat de auto in ieder geval niet snel dieper wegzakt. –Nog niet!!!-

We staan er verloren bij als onze inspanningen na een dik uur nog steeds geen succes hebben. Het is inmiddels al half zes en het gaat ons gewoon niet lukken uit het zand los te komen. We hebben alles geprobeerd wat we kunnen. En de lucht betrekt behoorlijk; dit wijst erop dat we hevige regenbuien krijgen. Dit betekent, dat het waterpeil alleen maar gaat stijgen. We beseffen ons dat we in een gebied vastzitten van ca. 200 bij 400 km2 en waar waarschijnlijk geen mens woont. Sterker nog, hier komt waarschijnlijk niemand de komende periode, juist omdat het regenseizoen is.

Enigszins lacherig zeggen we nog wel tegen elkaar dat we gelukkig ‘droog’ op de auto kunnen slapen, maar we beseffen ons tegelijkertijd dat de auto zo weggespoeld kan worden, zodra het waterpeil stijgt. We willen de auto daarom eerst met stevige lijnen verankeren aan de omringende bomen, zodat de auto in ieder geval niet verder weg kan drijven. De stroming van de rivieren hier is onvoorstelbaar sterk; dat merken we gelijk als we tot onze middel in het water staan.

Wat is het alternatief? We pakken de satelliettelefoon erbij -hiermee hebben we altijd bereik- met het voornemen om een locaal politiebureau te bellen. Eerst de coördinaten opschrijven en dan kijken of we hulp kunnen krijgen, voordat de nacht valt. We hebben noodnummers bij de hand in onze Camps 6-gids.

Opeens kijkt Martin op terwijl we op het punt staan te gaan bellen. ‘Ik hoor een auto of truck aankomen, écht!’, roept Martin verrast vanachter de auto naar Margrethe. Samen draaien we ons om in afwachting van wat komen gaat. Aan de overzijde van de rivier, vanachter de heuvel komt een 4WD-politiewagen aanrijden. Dit kan toch niet waar zijn!

Een agent en een ranger stappen uit de auto, kijken verbaasd naar onze situatie en steken vriendelijk hun hand op vanaf de overzijde. We trotseren de kracht van de rivier en lopen dwars door het water naar ze toe. We leggen uit wat de situatie is; dat we net voornemens waren om te bellen, maar dat zij toen opeens aan kwamen rijden. –we moeten een engeltje op onze schouders meegedragen hebben- ‘You are so Lucky’ zegt de ranger. ‘Very, very Lucky!’ ‘Yes we know’, zegt Martin opgelucht. ‘No worries!’, zegt de agent, ‘I’ve got all the equipment in my trunk’. ‘Why did you guys take this road?’ vragen ze ons. We vertellen dat we op advies van de ‘collega-officer’ van het andere district deze route hebben gekozen. Ook omdat de borden ’ROAD CLOSED’ in de berm liggen, zijn we er van uit gegaan dat de oversteek ‘open’ en veilig was.

Cairns - Mt Surprise (4)Cairns - Mt Surprise (6)Cairns - Mt Surprise (9)Cairns - Mt Surprise (11)Cairns - Mt Surprise (12)Cairns - Mt Surprise (13)

We hebben zeker geluk gehad, want deze agent heeft de afgelopen drie maanden nog geen enkele check op deze oversteek gedaan en juist vandaag werd hij er door de ranger op geattendeerd. –hoe is het toch mogelijk!- Martin en de ranger bevestigen de touwen aan de lier, terwijl de agent en Margrethe de verrichtingen vastleggen op camera. Bij het teken ‘duim omhoog’ start Martin de auto, zet de ranger de lier aan en rijdt de agent zijn wagen achteruit. Met gemak en alsof er niets aan de hand is, wordt onze Nissan uit het zand getrokken naar de overzijde van de rivier. We slaken allebei een zucht van verlichting wanneer onze Nissan veilig aan de overzijde staat. Bij het openen van de deur aan de bestuurderszijde stroomt het water uit de auto! We bedanken de heren voor hun hulp en opgelucht ruimen we alle materiaal op. Helaas heeft de auto water ‘geschept’, maar gelukkig is alles goed afgelopen.

Cairns - Mt Surprise (15)

Enigszins beduusd zitten we nadien weer in de auto. Het begint inmiddels al een beetje schemerig te worden en we moeten nog een overnachtingsplek zoeken. We nemen ons voor om naar Mount Surprise te rijden, 50 kilometer verderop. Dit is de eerste campground die we tegen zullen komen. ‘Vrij kamperen’ is hier niet mogelijk, door de vele moerassen en overstroomde gebieden.

Het is inmiddels geheel donker en de (nacht)dieren komen in actie. Hele kuddes vee staan rustig bij elkaar -midden op de weg-. Omdat kangoeroes echte nachtdieren zijn, springen ze regelmatig aan onze auto voorbij. We rijden met onze ‘spotties’ aan en het lijkt alsof we ze daar mee verblinden, dus met gedimd licht rijden we verder en genieten als we de kleintjes achter hun moeder aan zien springen.

We vinden uiteindelijk een plekje op Joe & Jo’s Bedrock Village. Zodra we onze tent hebben opgezet, pakken we er een biertje bij en beseffen we ons hoeveel geluk we hebben gehad vandaag. Uiteindelijk was het met de satelliettelefoon ook wel gelukt, maar hadden we waarschijnlijk pas in het pikkedonker hulp kunnen krijgen én hadden we er een behoorlijke onweersbui bij gekregen. De lucht flitst op dat moment continue en het duurt dan ook niet lang voordat de regen met bakken naar beneden komt. -Morgen maar inspecteren hoeveel waterschade we moeten incasseren-

Dag 126 – zaterdag 02 maart 2013
We zijn vroeg wakker. Het regent en we besluiten om de tent nat in te pakken. De stormlamp, verrekijker en iPod hebben gisteren tijdens ‘de oversteek’ in het water gelegen. Ook de vloerbekleding aan de bestuurderszijde is kletsnat. Het isolatiemateriaal heeft zich volgezogen en ruikt al muffig. -Eerst maar de zon opzoeken en dan bekijken we wel hoe we alles droog krijgen-.

De komende dagen maken we er ‘auto-dagen’ van. We moeten nog een behoorlijke afstand afleggen om Darwin te bereiken, maar dit is absoluut geen straf als we de reisgids mogen geloven. Het noordwesten van Queensland (QLD) is een van de meest afgelegen gebieden van Australië. Er zijn weinig toeristen, maar degenen die het er op wagen, worden verrast door de prachtige flora en fauna. –we laten ons graag verrassen-. Ondanks dat het regenseizoen van januari tot en met maart duurt, valt hier vaak in november de meeste regen van het jaar en verandert het landschap in ‘wetlands’ (plassen geheel begroeid met drijvende waterplanten) waar miljoenen vogels op af komen zoals jariboes, kraanvogels en reigers. Ook leven er krokodillen, garnalen en barramunda’s.

We hebben gelezen over het prachtige gebied tussen noordwest QLD en NT, maar nu we onderweg zijn, zien we zelf ook het landschap veranderen. We laten de tropen, de palmen en de hoge luchtvochtigheid achter ons en zien het landschap droger worden. Toen we aan het begin van onze reis door de ‘woestijnen’ reden was alles dor, verbrand en droog. Nu kunnen we zien dat we midden in het regenseizoen zitten. Hetzelfde woestijnlandschap is nu groen, dat wil zeggen, de grond is begroeid met gras en de struiken en bomen die drie maanden geleden dor of verbrand waren, zijn nu fris groen. De warmte is hetzelfde gebleven, maar de drukkende warmte is afgenomen. In de tropen bleef de temperatuur hangen rond de 30 graden, maar maakte de luchtvochtigheid van soms 80% de warmte bijna ondraaglijk. (Het voelt alsof je de hele dag in de warmte van de Vlindertuin in Dierentuin Emmen loopt, maar dan nog eens 20 graden warmer) Nu we weer even ‘terug’ zijn in de woestijn, is de temperatuur tien graden gestegen, maar is het door de droogte prima te handelen.

Een gebeurtenis als gister –vastzitten met de auto in het zand- willen we ons vanaf vandaag niet weer laten gebeuren op route naar Darwin. In Normanton vragen we advies van een politieagent en hij meldt ons, dat de ‘Savannah way’ richting Darwin grotendeels afgesloten is door de vele regenval. Dit was voor ons nog een laatste mogelijkheid om voor het grootste gedeelte over onverharde paden, via de kustlijn in Darwin te komen. Nu kiezen we ervoor om via de Burke Developmental Road en de Barkley Highway onze weg te vervolgen, om daarna in noordelijke richting over de Stuart Highway te rijden. Dit is een ‘veilige’ route over de geasfalteerde highway, maar we moeten hierdoor wel ‘even’ 1000 kilometer omrijden. –een afstand van Nederland naar Oostenrijk- Het klinkt absurd, maar er zijn gewoon geen andere routes mogelijk.

Mt Surprise - Burke & Wills (2)

Jullie moeten weten, dat de ’Burke Developmental Road’ een éénstrooks weg is, waarbij je ruimte moet geven aan het tegemoetkomende verkeer, terwijl je ook nog moet opletten, dat je niet te ver de berm in rijdt, omdat het er verraderlijk drassig is. De Barkley Highway en Stuart Highway daarentegen zijn enkelbaans met twee rijstroken en zijn de ‘hoofdaders Oost-West en Noord-Zuid’, waardoor je deze highways overeenkomen met de A1, A6 en A7 in Nederland. Houdt hierbij wel in gedachten, dat de highways zich in realiteit laten vergelijken met de oude ‘Wâldwei’.. Onvoorstelbaar!

De 700 kilometer vandaag hebben ons een heel eind in noordwestelijke richting gebracht. De natuur is prachtig! In de lucht zweven vele roofvogels en in de berm en over de weg zien we enkele hagedissen en slangen bewegen. Het lijkt alsof de regen in dit seizoen de natuur weer tot leven brengt, vooral omdat we al deze dieren op onze heenreis bijna niet hebben gezien.

We eindigen vandaag op de kampeerplek van Roadhouse ‘Burke en Wills’, 200 kilometer ten zuiden van Normanton. Als we uitstappen, realiseren we ons dat we écht weer terug zijn in de outback. Onze zwarte vrienden, de vliegen, komen weer met honderden tegelijk om ons heen zwerven, maar gelukkig maken ze alleen maar een heleboel herrie en steken ze niet (zoals de zandvliegen en muggen). We kunnen nog niet –letterlijk- opgelucht ademhalen, want dan hebben we er minimaal tien ingeslikt, dus daarom wapenen we ons snel met onze ‘vliegennetjes’! -Het is soms zo erg, dat de vliegen onze mond binnenvliegen, wanneer we inspreken tijdens het filmen-

We pakken de tent snel uit om deze te laten drogen. Ook halen we het isolatiemateriaal onder de bekleding van de auto vandaan. Het water druipt eruit wanneer we alles aan de lijn hangen te drogen. Gelukkig hebben de iPod, verrekijker en stormlamp geen waterschade opgelopen.

Dag 127 – zondag 03 maart 2013
De dagen beginnen -mede door de verzengende hitte- weer vroeg. We staan om zes uur onze tent alweer in te pakken, voor weer een lange ‘auto-dag’. Het is voor jullie, de lezers, misschien niet voor te stellen, maar zodra de zon begint te schijnen rond half zes ’s ochtends is het gelijk 30 graden, komen de vliegen met duizenden tegelijk en om acht uur ’s ochtends is de temperatuur opgelopen tot bijna 40 graden. Langer dan vijf minuten in de felle zon staan, is bijna onmogelijk, ook al houden wij allebei erg van de zon en haar warmte. Daar waar je in Nederland op een zomerse dag de zon na 30 minuten pas voelt branden op je huid, voel je de zon hier gelijk zodra je uit de schaduw stapt!

Vandaag passeren we Mount Isa. De enige ‘grote’ stad in westelijk QLD. Een stad waar de grootste mijn van Australië is gevestigd; sinds begin jaren ’30 is zilver, lood en ijzererts hier namelijk de grootste bron van inkomsten. In die tijd woonde men in ‘The Isa’ in zgn. tenthouses; een bouwsel dat het midden houdt tussen een huis en een tent. Momenteel  worden deze tenthouses beheerd door de National Trust.

Burke & Wills - Barkley Roadhouse (4)

Hier in de outback in het westen van QLD heeft de uitgestrektheid er ook voor gezorgd, dat begin jaren ’20 de medische zorg van de hedendaagse Flying Doctors is opgericht. Toen dominee John Flynn in 1912 naar de Outback werd gestuurd, schrok hij van het aantal mensen dat stierf door gebrek aan zorg. Hij richtte samen met drie anderen de Australian Inland Mission op, dat uiteindelijk is uitgegroeid tot de Royal Flying Doctor Service zoals men dat nu kent. Zij bieden op jaarbasis aan meer dan 130.000 mensen zorg. Vaak kunnen zij binnen twee uur al hulp bieden en vele boerderijen hebben daarom inmiddels een eigen landingsbaan voor de’ vliegende dokter’.

We passeren de grens tussen QLD en NT. Dit is niet een ‘grens’ zoals wij die kennen in Nederland, maar het is een verlaten gebied met een highway. Een bord langs de weg geeft aan, dat we de grens passeren. Het landschap is inmiddels veranderd in een grote oneindige vlakte.

Burke & Wills - Barkley Roadhouse (15)Burke & Wills - Barkley Roadhouse (17)Burke & Wills - Barkley Roadhouse (19)

Het is droog, uitgestrekt en rood door het zand. Het vee dat aan de westzijde van QLD her en der nog op de enigszins groene vlaktes stond te grazen, lijkt hier aan de oostzijde van NT geheel verdwenen. Dit is ook niet verrassend, als je de warmte in ogenschouw neemt. De roofvogels vliegen nog wel in grote aantallen in de lucht; we zien zelfs meerdere adelaars in de bomen zitten. Wat een enorm grote dieren zijn dat! Ze zijn erg op hun hoede en zodra ze ons opmerken, vliegen ze weg. –helaas geen foto’s kunnen maken-

Burke & Wills - Barkley Roadhouse (8)

Dat we écht weer in de outback zijn, merken we ook aan de Aboriginal Communities. Ze wonen hier weer in hun ‘eigen’ gehuchten. Zo’n community bestaat uit enkele, vaak zwaar verwaarloosde huizen langs de kant van de weg. Oude (gesloopte) auto’s staan in de tuin en op de oprit. De bewoners zitten vaak in grote groepen bij de huizen –altijd op de grond- terwijl (kapotte) meubels her en der verspreid in hun tuinen liggen. Om hun eigen cultuur niet te verloochenen weren de Aboriginals vaak de huidige materialen en technieken. Dit beteken bijvoorbeeld, dat de Aboriginals vaak geen schoenen dragen en op blote voeten lopen. In Katherine (reisdag ma 04-03) merken we heel sterk, dat we in het leefgebied van de Jawoyn-aboriginals zijn. Op de straten en in het winkelcentrum hangen ze letterlijk op straat. Het is hier zelfs zo erg, dat de Aboriginals door de politie uit het winkelcentrum geweerd worden. Op het parkeerterrein worden ze streng in de gaten gehouden door de agenten, omdat ze het winkelend publiek lastig vallen. We kunnen maar niet begrijpen waarom de regering er niet in slaagt om de Aboriginals en de blanke inwoners van Australië samen te laten leven, ondanks de pogingen om deze twee culturen dichter bij elkaar te brengen.

De Roadhouses en Roadtrains (soms bijna 60 meter lang) zijn hier een deel van het landschap. We kunnen ons niet voorstellen, wat de eigenaren van de Roadhouses aangetrokken heeft om ergens in ‘the middle of nowhere’ een restaurant annex motel te beginnen.

Barkley Roadhouse - Edith Falls (3)Barkley Roadhouse - Edith Falls (4)Barkley Roadhouse - Edith Falls (6)Barkley Roadhouse - Edith Falls (7)

Op klandizie hoeven ze daarentegen absoluut niet te wachten; de roadhouses worden druk bezocht! Juist omdat het vaak de enige overnachtingsplek of tankmogelijkheid is over een afstand van soms meer dan 500 kilometer.

Dag 128 – maandag 04 maart 2013
Nog bijna 1000 kilometer tot Darwin! Oneindig lange asfaltwegen, als een lange rechte streep door het rode zand getrokken. Als we halverwege onze route richting Katherine moeten tanken, stoppen we bij ‘Midland Caravan Park’.

Barkley Roadhouse - Edith Falls (12)Barkley Roadhouse - Edith Falls (13)Barkley Roadhouse - Edith Falls (14)

Het is niets meer dan een toilet, een telefooncel, een oneindig dor omheind stuk zand –dat camping genoemd wordt hier- en een winkel. De voorzijde van het gebouw is mooi opgeschilderd, maar een handgeschreven tekst op een stuk karton wijst ons door naar de entree aan de achterzijde van het gebouw. We hebben het begrip ‘winkel’ iets overschat; meer dan een omgebouwd schuurtje is het niet. Op enkele planken staan een paar verschillende ingeblikte groenten, daaronder ingeblikt vlees. Naast koekjes, chips en frisdrank worden er nog enkele  huishoudelijke zaken verkocht. We zijn in een echte Aboriginal-winkel terechtgekomen; geen luxe artikelen of ruim assortiment, maar wel een moderne kassa met lopende band en scan. Als we weer naar buiten lopen, zien we een paar dozen staan met de text ‘Phonebooks for free. Take as much as you want’.

Barkley Roadhouse - Edith Falls (15)Barkley Roadhouse - Edith Falls (16)Barkley Roadhouse - Edith Falls (17)

We hebben vandaag zeker 800 kilometer asfalt gezien en rijden onze auto voor de overnachting naar Edith Falls in het Nitmiluk National Park. Graag hadden we hier nog even in de gorge gezwommen, maar omdat het ‘wet season’ is, wordt dit ten strengste verboden i.v.m. de aanwezigheid van krokodillen die hier rondzwemmen. Grote borden met ‘Don’t risk your life’ waarschuwen ons bij de verschillende gorges en bruggen.

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (4)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (8)

Dag 129 – dinsdag 05 maart 2013
We willen vandaag naar het Kakadu National Park (KNP). Dit park is met zijn bijna 20.000 km2 een van de meest bijzondere delen van Australië. Sinds het begin van onze reis worden we hier door de inwoners van Australië al op gewezen. Het park staat op de Wereld Erfgoedlijst en behalve haar schitterende natuur is het ook bekend om de inheemse Aboriginal rotstekeningen.

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (2)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (3)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (5)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (10)

Het gehele gebied is van de Aboriginals, maar wordt verpacht aan de regering. Samen beheren zij het park. Meer dan een derde van alle in Australië voorkomende vogelsoorten leeft in het KNP, evenals 60 soorten zoogdieren, 115 reptielsoorten, 1700 plantensoorten en ten minste 10.000 verschillende insecten. In het droge seizoen komen er zo’n drie miljoen eksterganzen naar KNP, wat neerkomt op 60 procent van de wereldpopulatie.

Een vriendelijke ranger bij de entree van het park informeert ons over de route en de vele bezienswaardigheden in KNP. Hij vraagt ons waar onze interesse ligt, bij vogels of bij krokodillen. We lachen en zeggen enthousiast ‘krokodillen natuurlijk!’. De ranger wijst met zijn pen de plek aan van waaruit we met een boot door de mangroven en moerassen kunnen varen en garandeert ons dat we daar een krokodil zullen zien. –yes!- ‘Om 16:30uur is de laatste boottocht en rond deze tijd zijn de krokodillen het meest actief. Als jullie van vogels houden, moeten jullie het morgenochtend proberen’. We zijn gelijk enthousiast. We vragen hem naar de condities van de gravelroads omdat we heel graag vanuit KPN via de Jim Jim-road onze route naar Darwin willen vervolgen. ‘Helaas, dat gaat niet’, zegt de ranger. ‘Deze route is eigenlijk gedurende het hele ‘wet season’ gesloten’. Het is gewoon niet anders! :-)

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (14)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (16)

Eenmaal aan de noordzijde van het KNP aangekomen, zetten we onze tent neer op Gagudju Campground nabij de krokodillen billabong. We moeten nog even een uurtje wachten, maar om 16:30 stappen we aan boord voor een twee uur durende krokodillen- en moeraservaring over Yellow Water. Wat een verrassende tocht! We zijn er stil van. Het is werkelijk een prachtige natuur: bossen waarvan de bomen met hun stammen geheel onder water staan; groene ‘weilanden’ die bestaan uit drijvende grassen en kroos, omlijst door brede stroken met roze waterlelies.

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (29)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (31)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (37)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (81)

Omdat we midden in het ‘wetseason’ zitten, is het waterpeil met bijna twee meter gestegen. Dit lijkt veel, maar er wordt ons verteld, dat het tot nu toe een erg droog regenseizoen is. In een gemiddeld regenseizoen staat het water nog eens twee meter hoger.  De gids vertelt ons, dat het waterpeil in 2007 zelfs zo hoog heeft gestaan, dat het ponton van zijn peilers is losgekomen.

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (43)

We varen door de enorme groene oppervlaktes en zien enkele zeearenden in de toppen van de bomen zitten. Ze zijn in afwachting van het moment dat ze een vis of een hagedis kunnen vangen. Omdat zij tot 10x meer zien dan wij mensen, kunnen zij een hagedis op een tak spotten, terwijl wij de losse blaadjes niet eens kunnen zien!

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (58)

De gids mindert vaart en houdt stil bij een groepje waterlelies. Op de bladen van de lelies zien we een kleine zwart-witte vogel lopen met zijn jong. Ze lijken een beetje op een ranke meerkoet, maar het is een zgn. ‘Jezus-bird’. In de volksmond noemt met deze vogel zo, omdat hij over water kan lopen. Omdat ze over het kroos lopen, dat soms ook onder water ligt en wij het daardoor niet kunnen zien, lijkt het net of ze letterlijk over water lopen. Een prachtig gezicht!
Omdat de jongen van deze vogels erg kwetsbaar zijn, zorgt de moeder voor veel nakomelingen. Zodra ze een nest met eieren heeft gelegd, verlaat zij het nest en laat de zorg over aan de ‘vader’. De gids vertelt ons, dat dit nest gister nog vier jongen bevatte, maar vandaag is er dus nog maar één jong over. De kwetsbare jongen vallen veelal ten prooi aan roofdieren of vissen.

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (48)

Na een dik uur varen –en nog geen krokodil gezien te hebben- vertelt de gids over een mannetjes-krokodil ‘Waters’ die al enige jaren zijn leefgebied heeft hier in Yellow Water. Bij een lengte van dik 5,5 meter is het een enorme kolos. (Een gemiddelde vrouwtjes krokodil wordt maximaal vier meter en een gemiddeld mannetje wordt wel vijf meter) ‘Waters’ heeft 66 tanden ter grootte van een mensenduim; deze tanden staan allemaal naar achteren gericht waardoor een prooi hem nooit zal ontsnappen. In het verleden hebben ze krokodillen in dit gebied gehad die buffels hebben gedood en verorberd. Opeens houdt de boot in en stuurt naar rechts. Aan het wateroppervlak zien we een krokodillenrug liggen. Wow, dit is geweldig! Het is ‘Waters’! De rug komt iets uit het water omhoog, zijn staart beweegt langzaam van links naar rechts en dan opeens zien we zijn neus uit het water omhoog komen. Gefascineerd kijken we  naar het enorme dier dat zich rustig in het water lijkt te bewegen.

Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (120)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (122)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (124)Edith Falls - Cooinda (Kakadu NP) (126)

Het ‘wetseason’ is de paringstijd voor de krokodillen. In de paringstijd zijn ze schuwer dan normaal, maar ondanks dat herbergt Yellow Water enkele honderden krokodillen. Het is lastig voor te stellen voor ons, maar we houden onze armen en benen uit voorzorg angstvallig binnen boord. De gids kent wel enkele verhalen met vervelende afloop, maar wil deze liever niet met ons delen. Wel hebben enkele toeristen de ‘weedstoppers’ (barrière om kroosgroei tegen te gaan) aangezien voor zwembakens en zijn toen enthousiast het water ingesprongen. Zij hebben écht enorm geluk gehad, omdat ze midden in het territorium van de krokodillen hebben gezwommen.

Weer terug bij de tent aangekomen, merken we hoe vreselijk drukkend en warm het is. Wanneer de zon ondergaat, komen ook nog eens de muggen met grote getale onze rust verstoren. Met honderden tegelijk jagen ze ons noodgedwongen en zwetend de tent in. Dit wordt de meest benauwde en warmste nacht tot nu toe.

Dag 130 – woensdag 06 maart 2013
Doordat we gisteren hals-over-kop de tent ingejaagd zijn, hebben we de vuilniszak buiten laten staan. Midden in de nacht worden we opgeschrikt door geritsel buiten onze tent. Het blijkt een dingo te zijn die de restjes van onze maaltijd opeet. Wanneer we de tent openritsen, gaat de dingo er al snel vandoor. –Stom, stom, stom!- want op het moment, dat we de hor openen, vliegen er zeker 25 muggen de tent binnen. Het is gebeurd met de rust. Al zwetend krijgen we er een paar te pakken, maar zoals jullie je wel kunnen voorstellen, zoemen ze langs onze oren net op het moment dat we  het licht weer uit hebben gedaan… en dit gaat zo een half uurtje door. We besluiten daarom alles maar in te pakken, daarna lekker te douchen en vroeg te gaan rijden.

Om een uur of tien stoppen we bij een ‘rest-area’ om te ontbijten. -Ook dit is geen succes-. Op het moment, dat we de auto uitstappen, komen naast alle vliegen nu ook de horzels op visite. We ontbijten dan ook maar in de auto. –Het grote voordeel is, dat we er nu airco bij hebben-.

De warmte lijkt bijna onverdraagzaam vandaag en lijkt heel veel insecten te activeren. We ‘skippy Damst’ ons programma om verder het Nationaal Park in te gaan en rijden door richting Darwin. Dit is nog ca. 300 km rijden en wellicht dat in de stad, aan zee wat meer verkoeling te vinden is.

Cooinda - Howard SpringsCooinda - Howard Springs (3)Cooinda - Howard Springs (4)

Dag 131 – donderdag 07 maart 2013
Vandaag verkennen we Darwin en zoeken een ‘mechanic’ die de auto een servicebeurt kan geven. We gaan na Darwin via de Kimberley richting de Gibson Desert en de Great Sandy Desert en willen daarom, dat de auto klaar en veilig is voor deze lange tocht. Sowieso moet de olie ververst worden en willen we alle riemen en filters laten vervangen. Ook wisselen we de voor- en achterbanden, omdat dit beter voor de ‘levensduur’ van de banden is.

Darwin kent maar een korte geschiedenis. Sinds het einde van de 19e eeuw woedde er de goudkoorts. Dat Darwin, samen met het noordelijke deel van NT, tijdens de Tweede Wereldoorlog een frontlinie van de Geallieerden was, is duidelijk zichtbaar door de diverse gedenkplaatsen die  langs de highway –vreemdgenoeg- als ‘lookout’ zijn aangegeven. Voor ons heeft een lookout namelijk een geheel andere betekenis.

In 1974 is de stad bijna geheel verwoest door de orkaan Tracy. 95% van alle gebouwen is daarbij ingestort. 30.000 mensen zijn zuidwaarts geëvacueerd. We kunnen goed zien, dat het een stad is die feitelijk pas 40 jaar oud is, omdat er geen historische gebouwen staan en er relatief veel moderne kantoren gebouwd zijn.

Waar Darwin vooral om bekend staat, is dat er ruim 50 etnische groepen samenleven, zoals Australiërs van Aziatische oorsprong, Aboriginals, Chinezen en Europeanen, met name Grieken. Omdat het vandaag rustig is in Darwin, merken we daar weinig van. -Wat we wel weten, is dat de pizza’s bij Domino’s vandaag uitstekend smaken!-

Foto’s

11 Reacties

  1. Korina:
    10 maart 2013
    Ha, een lekker lang verhaal op zondagmorgen...en wat voor een verhaal, spannend man!Geweldig om te lezen. En wat leuk dat mem ook nog langs komt, veel plezier!
  2. Inge:
    10 maart 2013
    Hallo,
    weer een mooi verhaal en wat een avontuur hè!?

    Op naar jullie volgende verslag.
    Veel plezier...xxxx
  3. Kees de vries:
    10 maart 2013
    Mooi verhaal. Martin je lijkt Berhard!! wel met zijn kraantje. in de bagger achter huis!! Goeie reis nog. We gaan je missen met de Pieperrace!!
  4. Avion:
    10 maart 2013
    Wat een avonturen beleven jullie daar: eerst de heftige controle op het vliegveld en nu weer vastzitten midden in een rivier, terwijl het water naar binnen stroomt. Maar ook prachtige natuur zien. Margrethe je mailde dat wij beslist moet komen duiken in the Barrier reef, maar nog veel liever wil ik het de natuurgebieden in de verre omtrek van Darwin, ook kakadu NP, zien. En ook de vogels. Ohhh wat zou ik graag in jullie rugzakkie willen zitten. Duiken doen we niet meer, sinds we beseffen dat we alle landen waar we gedoken hebben eigenlijk alleen maar de onder waterwereld bekeken hebben. Snorkelen doen we nog wel. Wat natte hitte betreft waarover jullie melden: ooit een airco luchthaven bij de buitendeur: een hete natte lap sloeg om ons heen, zo voelt het, grinnik. Wat een geweldig verhaal weer. Een ingekorte versie zou wel wat zijn voor een plaatselijk blad hier. Mensen, zet alle zintuigen op scherp en geniet!
  5. Avion:
    10 maart 2013
    Oh, ja nog even: mooie headerfoto helemaal bovenaan.
  6. Margaretha:
    10 maart 2013
    Jullie reisverhaal begint ondertussen aardig op een thriller te lijken.
    Vastzittende auto, krokodillen... en niet te vergeten muggen :-)

    Gelukkig hebben wij daar als lezers geen last van. Wij zitten droog en veilig te genieten van jullie belevinissen.
    Margaretha
  7. Sieneke:
    11 maart 2013
    'ts jonge, wat een ervaringen voor jullie op, dat wordt een fantastich boek (?) en film, wat zal dat spannend zijn geweest met een vastzittende auto en naderende regen. het is mooi mee te genieten van jullie verhalen en de geschiedkundige info (blijft shit dat het niet lukt met de aborionals), fantastisch wat jullie aan natuur zien (wel blij dat we de muggen niet lijfelijk voelen). ook leuk om op google earth mee te kijken. ben beniewd naar het vervolg ....
    hartelijke groet,
    Sieneke
  8. Stijn:
    11 maart 2013
    Hoi, leuke blog!! Wij zijn ook van plan om een auto te kopen (en uit te rusten met tent,etc...), hebben jullie soms de gegevens (site of email) van de ironman dealer waar jullie tevreden van zijn. Wij hebben zelf geen contacten dus gaat het ook een zoektocht worden naar de juiste mensen en het juiste materiaal. Alvast bedankt! en nog heel veel plezier in Aussie!
  9. Edward:
    24 maart 2013
    Martin, tof jullie verhalen zo te lezen. Zo als jullie het beschrijven, komt overeen hoe ik het ook heb beleefd. Hier gaan jullie lang van na genieten. Ik weet niet jullie verdere reis schema, maar mocht je via Broome naar beneden gaan richting Perth is net zo in indrukwekkend. Mooi dat jullie een 4x4 auto hebben, is de reis nog avontuurlijker! Veel reis plezier verder. Gr. Edward Ferdinands.
  10. Karin:
    30 maart 2013
    Hallo Martin,

    Hier een berichtje vanuit Drachten van Karin de vroegere buurvrouw van Tjerk en Ineke.
    Ik volg jullie verhalen al vanaf het begin, en geniet hier ontzettend van! Wat geweldig dat jullie deze reis maken! De verhalen zijn erg leuk om te lezen. En wat leuk dat je moeder, Aad Paul en Ineke volgende week naar jullie toe komen! Ach ja tis weer eens wat anders dan een weekje Ameland! Vanuit een kil en koud Drachten wens ik jullie nog een hele mooie tijd toe! Groetjes Karin
  11. G&E:
    8 april 2013
    Hey M&M schreven jullie op onze site dat je de belevenissen van ons super vind.
    Nou wat jullie allemaal uitgevoerd in Down Under is echt waanzinnig.
    Wij kunnen er wel een beetje over meepraten hoe het is daar.
    Afstanden en outback als je er nooit nooit geweest bent niet voor te stellen.
    Goed middel tegen de vliegen (ook al zal je nu niet meer nodig hebben) "Dessert Dwellers" in health stores.
    Aotearoa (land van de lange witte wolk).
    Jullie beschrijvingen van NZ zijn zo herkenbaar voor ons.
    We hebben het land jaren geleden 3 x doorkruist (uiteraard wel op 2 wielen en one HP (human power).

    Martin & Margrethe keep on rolling.

    Als we elkaar in Azie ontmoeten dan zeker een keer in de toekomst in ons kikkerlandje.

    Take care.