Op route door Laos

8 augustus 2013 - Hanoi, Vietnam

Dag 270 en 271 - Woensdag 24 juli en donderdag 25 juli 2013

Sihanoukville, Cambodja
We hebben een heerlijke week gehad in het Independence Hotel in Sihanoukville. Cambodja wilde door middel van de bouw van dit hotel haar onafhankelijkheid van Frankrijk laten zien. Helaas is ook dit hotel bijna 40 jaar geleden ten prooi gevallen aan het Rode Khmer-regime en hierdoor zwaar in verval geraakt. Dissidenten werden destijds gevangen gehouden in het zwembad en de Khmer-leden hielden de kustlijn in de gaten via de hoge ramen van het hotel. Na de val van het Khmer-regime werd het hotel vooral bewoond door criminelen. Om de gruwelijke herinneringen te laten rusten, heeft men het oude zwembad vol gestort met puin en aarde en een nieuwe aangelegd. Inmiddels is het hotel schitterend herbouwd en lijkt het, ondanks haar bewogen geschiedenis, niets van zijn grandeur te hebben verloren.

Sihanoukville - Chau Doc (5)Sihanoukville - Chau Doc (6)Sihanoukville - Chau Doc (7)

Ondanks de hevige regenval de afgelopen dagen, hebben we erg genoten van ons verblijf aan zee en hebben we gisteren Martin zijn verjaardag gevierd. Vandaag laat eindelijk de zon zich weer eens zien en we stappen enthousiast in de auto. We gaan vandaag de grens oversteken bij Ha Tien, de meest zuidelijke grenspassage tussen Cambodja en Vietnam. We weten op voorhand al dat dit een lastige klus gaat worden, want Vietnam hanteert een zeer streng beleid voor wat betreft het toelaten van buitenlanders die met een eigen auto het land willen binnen rijden. We hebben geen directe toestemming gevraagd aan de Vietnamese regering -welke nodig is om Vietnam binnen te mogen- maar proberen het aan de hand van onze visa en het Carnet. Ha Tien lijkt ons een rustige grensovergang en we denken hier meer succes te hebben, dan bij de grotere (internationale) grenspassages. Mocht het uiteindelijk niet lukken om Vietnam binnen te komen, dan gaan we ons reisschema aanpassen. -maar zover is het nog niet!-

Het regent inmiddels helaas weer en de wegen zijn veranderd in grote bruinrode modderpoelen. De Cambodjanen lijken zich hier niets van aan te trekken, want ze lopen en fietsen onverschrokken door. Ze hangen hun slippers aan het stuur, trekken een poncho aan, verstoppen hun tassen en kinderen onder de poncho en 'steppen' soms tot aan hun knieën door de modder. De wegen tussen Kampot en Kampong Trach mogen in deze toestand eigenlijk geen wegen meer heten... Als de zon schijnt ziet deze wereld er stralend uit, maar nu het zo verschrikkelijk hard regent, zijn de mensen en hun huizen bedekt onder een roodbruine laag zand. Halverwege een rijstveld zien we een pool-café uitgerust met twee pooltafels... De tafels zijn zeker 50 cm weggezakt in de modder en de pool-spelers staan tot aan hun knieën in de modder, maar het deert hen niet.

Sihanoukville - Chau Doc (14)Sihanoukville - Chau Doc (16)Sihanoukville - Chau Doc (17)Sihanoukville - Chau Doc (18)

Als we de grens bij Ha Tien naderen, regent het nog steeds. Tot nu toe heeft het iedere keer nog geregend, als we bij een grensovergang stonden, dus dit is een goed voorteken! ;-) We rijden door de -soms verrassend diepe- waterplassen en over het puinasfalt naar de Cambodjaanse poort. Stel je hier niet te veel van voor. Er staat niet veel meer, dan een houten keet met een gammele veranda waar een aantal douaniers, een houten tafel en twee stoelen staan. Een drietal dranghekken blokkeert de weg en biedt net voldoende ruimte om een auto door te laten.

We lopen de houten trap op naar het stempelhokje. Een douanier ligt voorovergebogen achter het loket, zijn hoofd rust op zijn armen. 'Slaapt hij?', vragen we ons lachend af. Één van de heren die aan de tafel naast het stempelhokje zat, is inmiddels gaan staan en loopt naar ons toe. We overhandigen hem onze paspoorten, maar hij gebaart dat we die aan zijn -nog steeds slapende- collega moeten overhandigen. We knikken in de richting van zijn collega en geven aan dat Doornroosje in Dromenland is. Hij schreeuwt wat naar Doornroosje en deze kijkt verschrikt in onze richting. 'Zo, die sliep dus echt!'. We overhandigen hem onze paspoorten en terwijl hij naar de auto kijkt, vraagt hij of we met de auto naar Vietnam gaan. 'Ja, dat is wel de bedoeling', zeggen we. Ze beginnen hartelijk te lachen en schudden gelijk nee met hun hoofden. Één van de heren stelt voor dat we eerst naar de Vietnamese douane lopen om daar toestemming te vragen voor de auto. 'Nadat jullie toestemming hebben gekregen, stempelen wij jullie paspoorten af',zegt hij vriendelijk. Hij geeft aan dat het bijna onmogelijk is om Vietnam binnen te komen met onze auto en al helemaal niet als het stuur aan de rechterzijde zit.

Als de Cambodjaanse douanier nu de exit-stempel in onze paspoorten zou zetten, voordat we de zekerheid hebben om Vietnam in te rijden, kunnen we in een lastige situatie geraken. We hebben dan namelijk geen visum meer om Cambodja -weer- in te kunnen en als we Vietnam niet in mogen, zitten we dus vast in 'niemandsland'. Maar de douanier is toch enigszins hoopvol en terwijl hij ons de paspoorten weer overhandigt, zegt hij bemoedigend: 'Je weet het maar nooit!'. 'We’ll be back', zeggen we terwijl we in de stromende regen 'niemandsland' in lopen.

Sihanoukville - Chau Doc (21)

We passeren een Vietnamese poort –controlepost  1- en na een paar honderd meter naderen we een slagboom. –controlepost 2- We laten onze paspoorten zien en geven aan dat we met eigen auto Vietnam in willen. Dat we eerst de zekerheid willen hebben of we Vietnam in kunnen komen, voordat we Cambodja verlaten. De heren verstaan geen woord Engels, maar verwijzen ons vriendelijk door naar het grote kille gebouw verderop. Door de stromende regen lopen we richting het gebouw en worden gelijk geroepen door een douanier die onze paspoorten wil zien. We overhandigen hem deze en zeggen dat we met onze auto Vietnam in willen. Hij kijkt ons aan en zegt dwingend 'NO!'. -ohhh, dit is wel een heel kort antwoord-. We geven aan dat we 'borderdocuments for the car' hebben en bluffen, dat we via de Australische overheid toestemming hebben gekregen om Vietnam binnen te mogen. Hij schudt gelijk weer nee, maar wijst richting een collega die verderop staat. We lopen naar de jongeman en deze blijkt gelukkig -verrassend goed- Engels te spreken. We leggen hem ons verhaal uit, terwijl we hem de papieren laten zien. Hij bladert er zorgvuldig doorheen en stelt ons vragen over de auto en de reis. Hij pakt zijn mobiele telefoon en neemt contact op met zijn leidinggevende. We kijken elkaar aan en zeggen enthousiast tegen elkaar dat dit in ieder geval nog geen 'nee' is. Maar wanneer hij het telefoongesprek eindigt en naar ons toe loopt, schudt hij nee. 'Why?', vragen we. 'What's the problem?'. 'You can not enter Vietnam with car', zegt hij resoluut. We leggen hem nogmaals uit dat we toch écht toestemming hebben van de Australische overheid en dat onze papieren en verzekering in orde zijn. Om het verhaal nog wat meer kracht bij te zetten, zeggen we dat we slechts drie weken in Vietnam blijven om door te reizen naar Laos. Opnieuw pakt hij onze papieren en bekijkt ze grondig. We zien dat hij twijfelt en hij pakt opnieuw de telefoon. Ditmaal duurt het gesprek aanzienlijk langer, maar wanneer hij ophangt, schudt hij weer nee. 'We moeten uit een ander vaatje gaan tappen', zeggen we tegen elkaar, 'anders gaat het niet lukken'. We pakken opnieuw onze papieren en laten hem het bedrag zien, dat we betaald hebben voor ons Carnet. We weten dat geld in deze landen een gevoelig onderwerp is en bluffen weer, dat we dit geld hebben overgemaakt aan de Vietnamese overheid om met de auto het land in te mogen. We zeggen, dat we het geld dan ook per direct terug eisen als we geen toestemming krijgen. We laten alle handtekeningen en stempels zien die op het carnet staan en we houden de aanvraag omhoog, waarop Vietnam genoemd staat. -we weten dat het Carnet niet geldig is in Vietnam, maar bij de aanvraag hebben we Vietnam wel genoemd, zodat het lijkt alsof deze wel geldt voor Vietnam-. Opnieuw pakt hij de telefoon en deze keer lijken we succes te hebben. Hij vraagt of hij alle documenten mee mag nemen naar zijn supervisor, want deze wil de documenten graag zien. 'Natuurlijk!' en nog geen halve minuut later stapt de douanier -met onze documenten in een plastic zak- op zijn scooter en rijdt de stromende regen in. Na dik een half uur wachten stapt hij doorweekt de hal weer binnen. 'OK, you can enter', krijgen we te horen. 'Is het echt?', zeggen we verbaasd tegen elkaar. -nu snel doorpakken voordat ze zich bedenken-. We geven aan dat we gelijk onze Cambodjaanse exit-stempels halen en dat we over tien minuten terug zijn. 'OK, no problem', zegt hij. 'Dit kan toch niet waar zijn. Het gaat lukken!', zeggen we enthousiast tegen elkaar. Maar... we moeten de huid niet eerder verkopen, dan dat de beer geschoten is!

Eenmaal terug bij de Cambodjaanse douaniers zeggen we verheugd, dat we voor de exit-stempel komen. De heren kijken ons verbaasd aan. 'Sure?', vragen ze ons een aantal keer. 'Yes, sure', zeggen we en met onze exitstempels stappen we in de auto. Via 'niemandsland' bereiken we de slagboom weer, we stappen uit en lopen weer richting Controlepost 2. Met de exit-stempels kunnen we de heren overtuigen de slagboom te openen en lijkt niets ons meer in de weg te staan. We vullen ons immigrationform in en lopen naar de balie, maar opeens staat dezelfde jongeman weer voor ons. 'I am sorry, you can not enter', zegt hij. -oei, dat is écht de verkeerde opmerking op de verkeerde plaats-. Verward kijken we de man aan en zeggen dat dit geen leuke grap is, maar hij is serieus en geeft aan dat hij net is gebeld door zijn supervisor en deze ons geen akkoord geeft. We blijken Vietnam alleen in te mogen als we een Vietnamees overheidsstempel op onze papieren hebben. 'Zonder stempel komen jullie er niet in', zegt hij en loopt nonchalant weg, terwijl hij zijn sigaret aansteekt. -daar staan we dan… met exitstempel-Cambodja en geen toestemming om Vietnam in te mogen- We besparen jullie de tijd en moeite die we hebben gestoken in de gesprekken die we hierna hebben gevoerd met de heren, maar het is op een gegeven moment 'ctrl-alt-del'.

We lopen teleurgesteld en chagrijnig terug naar de auto. Gelukkig hebben we tijdens het exit stempelen van de Cambodjaanse douaniers te horen gekregen, dat we altijd Cambodja opnieuw in mogen rijden wanneer we uiteindelijk toch Vietnam niet in mogen. Omdat ons visum tot 8 augustus geldig is, kunnen we een 'CANCELLED' in onze paspoorten krijgen en daarmee zijn we formeel weer in Cambodja. Aangekomen bij de Cambodjaanse grens kijken de heren ons opnieuw verbaasd aan. Wanneer we uitleggen dat een hogere supervisor roet in het eten heeft gegooid, krijgen we te horen dat ze dit vaker hebben meegemaakt. We geven aan dat we het in ieder geval bij een volgende grensovergang gaan proberen. Tot onze verbazing geven de douaniers ons nog enkele tips en adviezen mee voor wat betreft de routes en grensovergangen, om eventueel meer succes te hebben om Vietnam binnen te kunnen rijden, maar om bij de eerstvolgende grensovergang te komen, moeten we nog zeker twee uren noordwaarts rijden.

Terwijl we de trap weer aflopen, vragen twee Ieren of ze een pen van ons kunnen lenen om hun ‘immigrationform’ in te vullen. Terwijl we enkele reiservaringen met hen uitwisselen, vragen ze waar we vandaan komen. ‘Friesland, that’s in the northern part of The Netherlands’ zeggen we. ‘Ahhh, that’s nice! I know that province. I’ve been there a few times to visit friends and… I’ve done some fierljepping there!’, zegt Ier1 enthousiast en spreekt het woord fierljeppen uit alsof hij dagelijks Fries spreekt . ‘What’s fierljepping?, vraagt Ier2, terwijl hij bijna zijn tong breekt. ‘That’s an official sport in Friesland. They climb up a pole and jump over ‘sloten’ to find kievitseggs’, zegt Ier1 enthousiast . ‘You are so right!’zeggen we lachend tegen elkaar. –gekke jongens, die Friezen!- ;-)

Om 16:00 uur naderen we de tweede grensovergang Cambodja-Vietnam. Het is alsof we over een ‘dijk’ rijden die geblokkeerd wordt door een slagboom. -waar zijn we nu beland?- Aan beide zijden van de slagbomen staan rijen vrachtwagens en rijden brommers met ladingen vracht over en weer. We stappen het douanekantoor binnen –niet meer dan een bouwkeet- en doen opnieuw ons verhaal. Ook hier begrijpen de Cambodjanen onze situatie en we vragen de heren of wij eerst de toestemming van Vietnam mogen afwachten, voordat ze de exitstempel in ons paspoort zetten. In het gedeelte ‘niemandsland’ is het hier een drukte van jewelste! Hier in 'taxfree-land' vindt heel veel handel plaats, dat is duidelijk. De vracht van de tientallen vrachtwagens wordt overgeladen op brommertjes en karren, waarna de trucks hun 'eigen' land weer binnenrijden. Iedere handelaar draagt zijn of haar ‘tax’ af aan de douanebeambten. Een en ander wordt genoteerd en lijkt keurig geregistreerd te worden. Aangezien men in deze landen al snel ‘miljonair’ is, zien we koeriers de grens passeren met tassen volgestouwd met briefpapier.

We zullen jullie een heel lang verhaal besparen en nadat we uiteraard eerst de vele 'NO’s' te horen hebben kregen, is Martin van 16:30 tot 19:30 uur bezig om de beambten in Vietnam te overtuigen. Margrethe brengt haar tijd door in het kantoor van de Cambodjaanse douane, waar ze samen met twee heren een portie gevulde kikkerbillen eet, terwijl de ratten letterlijk door het ‘kantoor’ lopen. Uiteindelijk krijgt Martin het voor elkaar om twee supervisors te spreken, maar… hiervoor moeten we morgenochtend om 08:00 uur terugkomen.

We slapen deze nacht aan de grens en melden ons keurig om 08:00 uur. De supervisoren spreken geen woord Engels en neem maar van ons aan, dat een Vietnamese supervisor never-nooit meer 'JA' zegt, als hij eenmaal 'NEE' heeft gezegd. Dat komt zijn eer te na! -hoezo communistisch regime?- op een gegeven moment is het vechten tegen de bierkaai. Ze blijven naar problemen zoeken, in plaats van oplossingen bieden. Ze geven ons geenszins het idee, dat ze ons willen helpen. We beantwoorden al hun vragen, ondersteund door de nodige papieren, maar niets lijkt te baten. Op een gegeven moment wordt ons gevraagd of we de Vietnamese taal kunnen lezen, want dat kunnen we de 'wetten' op internet nalezen; hierin staat dat auto’s alleen in groepsverband toegelaten worden. Iedere uitleg van Vietnamese zijde lijkt incorrect en ze spreken met hun antwoorden eerdere gegeven antwoorden tegen. Zelfs zo erg, dat ze aan hun eigen antwoorden beginnen te twijfelen en de beambten door middel van stemverheffing indruk op ons proberen te maken. -dat kunnen wij ook- Wij wijzen hen er vervolgens ‘luid en duidelijk’ op, dat ze de hele situatie provoceren, dat ze ons geen hulp bieden, maar naar problemen blijven zoeken. Als we zeggen, dat we ons geld per direct terug willen hebben, wordt het Meneer de Supervisor toch erg heet onder de voeten. Hij loopt snel naar buiten, maar Martin loopt hem achterna en laat hem nog even weten ‘dat wij niet van zijn optreden gediend zijn’. Meneer de Supervisor vraagt ons waar de auto staat, want die wil hij nog wel even zien. Zou het dan toch nog? Helaas hebben we de auto aan Cambodjaanse zijde staan en dat is meneer te ver lopen. Zonder ons aan te kijken of iets te zeggen, loopt hij naar zijn collega's bij de slagboom en schuifelt weg om ons vervolgens niet meer onder ogen te komen. -Mission impossible 2!- Om 10:30 zitten we weer in onze auto…-helaas nog steeds in Cambodja- en overleggen wat we gaan doen.

Wat is wijsheid? Gaan we nog een poging ondernemen bij de grote internationale douane aan de oostzijde van Phnom-Penh? We zijn nu twee dagen bezig om in Vietnam te komen en we denken dat de kans dat het bij de internationale douane wel gaat lukken erg klein is. We pakken de reisgidsen en wegenkaarten erbij en besluiten om onze reis anders te vervolgen. We gaan sowieso naar Vietnam en besluiten onze route gewoon aan te passen, nu de auto niet mee kan Vietnam in. We laten zuid- en midden Vietnam aan ons voorbij gaan en reizen door via Laos. We hebben hiervoor een Laotiaans visum nodig en moeten dit regelen in Phnom Penh. We zoeken ons ‘oude’ slaapadres in Phnom Penh op en gaan direct op zoek naar de Ambassade van Laos. –als we op tijd zijn, dan lukt het ons wellicht nog om het visum voor het weekend te regelen- De heren van de ambassade schrikken op, wanneer we het kantoor binnenlopen. -het is hier niet druk en worden direct geholpen!- Met het nodige aandringen en enkele extra dollars lukt het ons om vandaag voor vijf uur de visa te krijgen. Hierdoor kunnen we morgenochtend al vroeg op pad. Dit is een meevaller, want we hadden verwacht dat we het weekend in Phnom Penh hadden moeten doorbrengen.

Dag 272 - Vrijdag 26 juli 2013
We vertrekken vroeg uit Phnom Penh en worden vandaag niet alleen geconfronteerd met hele slechte wegen, maar ook met de verkiezingencampagnes. We schreven in ons vorige reisverslag al over de activiteiten die plaatsvinden in verband met de verkiezingen. Morgen is de dag van de verkiezingen, dus vandaag halen de aanhangers van de partijen voor de laatste keer alles uit de kast om hun partij te steunen. De hoofdwegen zijn de enige goed berijdbare wegen en vandaag lijkt alles op deze wegen mogelijk te zijn. –we rijden tussen de wagens door, of staan met de uitbundige menigte in de ‘file’- We worden diverse malen opgeslokt door de mensenmassa die hun politieke voorkeur uitspreken voor ‘partij 4’ (Cambodian People’s Party, leidende partij sinds 1981) of ‘partij 7’ (Cambodian National Rescue Party, opgericht sinds 2012, een socialistische partij die zich o.a. sterk maakt voor de rechten van de mens).

Phnom Penh - KratiePhnom Penh - Kratie (2)Phnom Penh - Kratie (5)Phnom Penh - Kratie (6)

Wanneer we het raam naar beneden draaien en naar de feestvierders zwaaien, worden volumeknoppen naar de maximale stand gedraaid en schreeuwen ze de longen uit hun lijven. Ze staan met zeker 40 mensen dicht tegen elkaar aan in afgeladen laadbakken van de vrachtwagens. Op het dak staan megaspeakers waar oorverdovende muziek of campagneteksten uit klinkt. Achter de vrachtwagens hangen aanhangers waar generatoren op staan te draaien om het geheel van de nodige stroom te voorzien. Het blijft een prachtig gezicht om die blijde en enthousiaste mensen te zien. -een goed signaal voor een land als Cambodja!-

Om onze weg te vervolgen, moeten we de Mekong-rivier oversteken. We zijn in de veronderstelling dat er wel een brug over de ‘highway’ aangelegd is, maar alles is minder waar. We rijden vlak voor de rivier bij Neak Loeung een file in. We hebben het gevoel dat we op een markt staan, want van alle kanten komen verkopers aangelopen en bieden hun koopwaar aan.

Phnom Penh - Kratie (7)Phnom Penh - Kratie (21)Phnom Penh - Kratie (14)Phnom Penh - Kratie (12)

Als mieren krioelen ze met manden vol met brood, fruit, frisdrank, noten, gebakken insecten, zonnebrillen -eigenlijk alles wat verkoopbaar is- om de rijen auto’s heen. We denken heel even dat we door een klein dorpje zullen moeten rijden en dat we noodgedwongen stilstaan, omdat we ons een weg door de mensenmassa en nauwe straatjes moeten banen, maar wanneer we na een paar minuten uit de auto stappen om te kijken wat er aan de hand is, komen we erachter dat we in de rij staan voor de ferry.

Geweldig! Wat een activiteit, wat een leven! Overal mensen, overal handel en overal auto’s! Er vormen zich -met het nodige voordring-geweld- zes rijen met auto’s en drie rijen met vrachtwagens.

Phnom Penh - Kratie (11)Phnom Penh - Kratie (9)

Er varen twee ferries die ieder ongeveer 25 voertuigen per ferry kunnen overvaren bij volle bezetting, met andere woorden: dit gaat nog wel even duren... Vanuit de auto hebben we een prachtig uitzicht op het hele spektakel. Wat een mensen! We zien ‘bedelaars’ die langs de auto’s lopen om een paar riel (Cambodjaanse munteenheid) te innen en vervolgens even verderop in een busje stappen, hun opbrengst tellen en een biertje opentrekken. We zien kinderen die om geld bedelen en vervolgens het geld tijdens een spelletje kaarten vergokken!

Phnom Penh - Kratie (22)Phnom Penh - Kratie (13)Phnom Penh - Kratie (23)Phnom Penh - Kratie (8)

Na twee uren wachten mogen we de ferry oprijden. De overtocht duurt nog geen tien minuten en wanneer we de zanderige oever aan de overzijde oprijden, is het ook hier een drukte van belang.

Phnom Penh - Kratie (18)Phnom Penh - Kratie (19)Phnom Penh - Kratie (20)Phnom Penh - Kratie (15)

Stapvoets rijden we onze auto door de menigte heen, maar komen er achter dat we de juiste afslag hebben gemist. -we hadden hier ‘ergens’ linksaf gemoeten-. Dat is even schrikken, want omkeren is hier echt niet mogelijk, maar doorrijden is geen optie, want dan moeten we aan het einde van deze rij auto’s weer achter aansluiten en opnieuw twee uren wachten. Er blijkt geen andere afslag te zijn, dus we moeten terug! We kiezen ervoor om ‘brutaal’ en op de Cambodjaanse manier onze auto in de drukte te keren. Margrethe stapt uit, verzet een paar brommers en karren en regelt als een volleerd agente -met gevaar voor eigen leven- dat we ruimte krijgen. Ook in dit land geldt het recht van de sterkste en we hebben ons in het verkeer deze mentaliteit al aardig eigen gemaakt. We keren de auto en na tien minuten ‘pushen’ kunnen we afslaan en laten we de luidruchtige menigte achter ons.

We proberen vandaag in Kratie te komen. Omdat de wegen hier in slechte staat zijn –mede door de regenval- is het nog een hele trip. Dit deel van Cambodja heeft écht een slecht wegennet. Op sommige plekken moeten we stapvoets rijden om niet ‘lek te rijden’ in de vele diepe gaten in de weg. Aangekomen in Kratie krijgen we een kans om de Irriwaddy-dolfijnen te zien en wellicht dat we ze morgenochtend nog in de Mekong kunnen spotten.

Dag 273 - Zaterdag 27 juli 2013
Vandaag komen we bij de grens van Cambodja met Laos. De route is wederom prachtig! Daarover kunnen we nooit genoeg schrijven. De wegen blijven wel slecht, maar de groene omgeving en de Mekong-rivier maken het een prachtige tocht. Helaas zien we vandaag ook geen dolfijnen meer.

Hoe noordelijker we rijden, hoe meer armoede er lijkt te heersen. Wat ons wel opvalt, zijn de relatief grote huizen op palen in de uiterwaarden van de Mekong. Ondanks de minimale bezittingen hebben de mensen een stabiele en grote woning in een schitterende omgeving.

Kratie - PakseKratie - Pakse (5)Kratie - Pakse (9)Kratie - Pakse (7)

We zien onderweg weer allemaal kraampjes met 'gevulde rolletjes'. We hebben dit snoepgoed al veel langs de wegen zien staan en we willen het toch eens proberen! We stoppen bij een stalletje en een meisje stapt naar voren en vertelt ons, dat het 'rice candy' is; gekookte sticky rice met bonen. We moeten de schors van bamboescheuten lostrekken en dan de rijstvulling opeten.

Kratie - Pakse (3)Kratie - Pakse (4)

We naderen de grensovergang bij Veunkham-Dong Kralor. En ja hoor, het begint weer hard te regenen. Dat is toch niet meer normaal; iedere keer wanneer wij een grens naderen, regent het! Maar goed, we zijn bijna in Laos… Hét land van de miljoenen kippetjes! ;-)

De grensovergang ziet er op het eerste gezicht rustig en bijna verlaten uit. Naast de weg staan een aantal imposante gebouwen met tempelachtige daken waaronder drie kleine hokjes staan. Voor ons gevoel is het allemaal nog in aanbouw, omdat de weg niet afbuigt naar het gebouw, maar er langs gaat.

Kratie - Pakse (20)

We rijden door en stoppen bij een houten hokje waar een slagboom de weg blokkeert. De douanier wijst ons erop dat we terug moeten rijden naar het ‘verlaten’ gebouw voor Controlepost1. Dan pas zijn we welkom bij Controlepost2. –protocollen, ook hier…- In de stromende regen lopen we met onze papieren naar de Controlepost1. Na een uitgebreide eerste controle én na het betalen van $ 4,- bij Controlepost2 krijgen we een ‘GO’ om Cambodja uit te rijden.

Kratie - Pakse (23)

Via honderd meter ‘niemandsland’ komen we bij de grens met Laos. -ook hier kun je een speld horen vallen-. In een houten open ‘skihut’ zien we vier heren onderuitgezakt in hun stoelen hangen. Opnieuw staan we voor de slagboom en opeens worden we opgemerkt. Actie, of beter gezegd handel, dus de heren nemen hun formele rollen aan. De grens passeren is hier puur een geldkwestie, want we moeten voor alle ongevraagde acties de nodige dollars betalen. Eerst wordt onze auto rondom bespoten met een goedje voor $ 2,-. Daarna moeten we $ 5,- entreegeld voor de auto betalen en uiteindelijk ook nog eens $ 10,- voor een vijfdaagse verzekering terwijl we al bij dezelfde verzekeraar verzekerd zijn vanuit Australië. Bij de paspoortcontrole krijgen we een rekening van $ 4,- voorgeschoteld, dus in totaal zijn we $ 25,- lichter wanneer we beide grenzen zijn gepasseerd. We zijn al lang blij dat we ‘zo snel en zonder problemen’ de grens kunnen passeren, dus betalen met plezier de nodige dollars. Wanneer we vragen waarom we dit geld moeten betalen en waar dit ‘formeel’ staat vermeld, is het antwoord duidelijk en alleen maar: ‘because’! –rare jongens, die Laotianen-

Kratie - Pakse (22)

We willen ons Carnet laten afstempelen en krijgen een verrassend antwoord. Het blijkt dat we dit een paar kilometer verderop kunnen laten doen. Inderdaad, dik twee kilometer verderop staan we opnieuw voor een slagboom. We storen Meneer van de Afdeling Stempels in zijn lunchpauze en nog kauwend op zijn fried rice geeft hij ons een importstempel. Nu zijn we officieel in Laos. -Yes, we're in!-

Het eerste stadje dat we tegenkomen is Pakse. Hier gaan we ‘kippen’ (de Laotiaanse munteenheid) pinnen, een 3G-simkaart kopen en een slaapplek zoeken. Miljonair zijn in Laos is een eitje, want aan het einde van de middag pinnen we twee miljoen kippen!

Dag 274 - Zondag 28 juli 2013
We hebben gisteren dan wel een Laotiaanse 3G-simkaart gekocht, maar we krijgen internet met geen mogelijkheid opgestart. We hebben het 3G-netwerk nodig voor GPS-ontvangst en daarmee krijgen we inzicht in het wegennet van Laos. We hebben wel een ‘road map’, maar we kunnen niet blind vertrouwen op de wegen die erop staan. Vaak worden alleen de verharde wegen op de kaart aangegeven en dus niet de onverharde wegen die we de komende dagen willen gaan rijden. Om 3G te activeren gaan we eerst op zoek naar een internetkiosk.

Chau Doc - Phnom Penh

De Engelse taal is een grote barrière hier in Laos. Er zijn weinig Laotianen die Engels spreken. Dit in tegenstelling tot landen als Maleisië, Thailand en Cambodja. Daar waar we ons in de andere landen prima konden redden met de nodige gebaren, lukt het ons in Laos vaak niet om duidelijk te maken wat we bedoelen. Zelfs als we bij hotels vragen of ze een kamer vrij hebben of als we in een restaurant de rekening vragen, kijken ze ons aan alsof we van een andere planeet komen. Jullie kunnen je voorstellen, dat ons probleem uitleggen even wat voeten in aarde heeft. Wanneer we bij de zoveelste kiosk staan, komt er een jongen aangelopen die lijkt te begrijpen wat we bedoelen. We overhandigen hem onze iPhone en laten hem z’n gang maar gaan. Na een tijdje belt hij één of andere servicelijn én… met succes! Hij vertelt ons dat we een sms met ‘DATA ON’ naar de provider moeten sturen en dan is het probleem opgelost. Binnen vijf minuten zijn we dus online en hebben we GPS ontvangst.

We rijden naar de Khmerruïne Wat Phu Champasak, tien kilometer ten zuiden van Pakse. Deze ruïne heeft een (berg)tempel in de uitlopers van de berg Lingaparvata en staat op de werelderfgoedlijst. Het complex, gebouwd tussen de 5e en 8e eeuw was heilige grond voor verschillende culturen. We hebben de afgelopen maanden al veel tempels gezien, maar omdat deze zeker een bezichtiging waard is, slaan we deze niet over!

Pakse - SalavanhPakse - Salavanh (20)

We rijden op een gegeven moment op een nieuw stuk wegdek en op volle snelheid schieten we onder een openstaande slagboom door. We kijken in de achteruitkijkspiegel en zien een man zwaaiend op het midden van de weg staan. We hebben geen flauw idee wat de man bezield om ons zo ‘vriendelijk na te zwaaien’, maar voor de zekerheid remmen we toch maar en rijden in de achteruit naar hem toe. We vragen hem of hij misschien een lift wil hebben, maar meneer geeft aan dat we toll moeten betalen. ‘Toll?’, vragen we,’Hier in Laos?’’Ja’, zegt hij, ‘15.000 kip, please’. We betalen de man, adviseren hem om voortaan de slagboom naar beneden te houden, zodat automobilisten moeten stoppen en vervolgen onze weg.

De ruïnes van Wat Phu Champasak staan in schril contrast met wat we in Angkor, Cambodja gezien hebben. We maken een wandeling door het complex en hebben een fantastisch uitzicht.

Pakse - Salavanh (4)Pakse - Salavanh (12)Pakse - Salavanh (16)

Het blijft iedere keer wel verbazingwekkend hoe men deze tempels in die periode heeft kunnen bouwen. Het zijn immense bouwwerken die met man- en dierkracht en met behulp van zware werktuigen destijds gerealiseerd moeten zijn.

Pakse - Salavanh (7)Pakse - Salavanh (11)Pakse - Salavanh (13)

Vanaf Pakse vervolgen we onze route door het Bolavenplateau. In dit gebied bevinden zich een aantal National Protected Area’s (NPA). Hier wonen diverse volken waaronder de Laven. Het zijn gebieden waar je moeilijk met de auto kunt komen. Er is tijdens de Vietnamoorlog (1954-1975) in deze NPA’s zwaar gevochten waardoor er nog veel blindgangers liggen. De GPS en wegenkaart  geven aan dat er één hoofdweg is van zuid- naar midden Laos. Deze ‘highway’ loopt parallel aan de Mekong –grens Laos met Thailand- met een beperkt aantal afslagen richting Vietnam en Thailand. Het is één van de weinig geasfalteerde wegen in dit deel van Laos. Veel routes in het zuiden zijn onverhard wat in het natte seizoen leidt tot (bijna) onbegaanbare wegen.

Salavanh NPA (14)Salavanh NPA (19)

Om 17:00 uur rijden we het dorpje Salavan binnen en gaan op zoek naar een guesthouse. De kamer die we vinden moeten we delen met duizenden mieren,torren en andersoortig ongedierte dat we nog nooit eerder hebben gezien, maar we zijn gelukkig inmiddels al heel wat gewend en na een flinke dosis insectenkiller-spray laten de beestjes ons acuut met rust.. en vallen wijzelf ‘beneveld’ als een blok in slaap.-

Dag 275 – Maandag 29 juli 2013
We zijn al vroeg op pad en willen we een route rijden die ons langs de afgelegen bergvolk-dorpen noordwaarts brengt. Het wordt een kompasdag, want de wegen zijn zelfs niet meer op de GPS te vinden.

Salavanh NPA (24)Salavanh NPA (31)Salavanh NPA (32)

Laos kenmerkt zich door een heuvelachtige, maar vooral vlak landschap, waarin de groene frisse rijstvelden kleurrijk afsteken tegen het grijze wolkendek nu het regenseizoen is.

Salavanh NPA (53)Salavanh NPA (55)Salavanh NPA (37)

We vinden een onverhard pad dat volgens ons de hoofdroute moet zijn langs de bergdorpen. Aan het begin van het pad staat een bord met daarop de naam van het dorp Toumlan dat volgens ons 22 kilometer noordelijker ligt. We gokken er op dat dit de juiste route is.

De regen komt met bakken uit de lucht vallen en dat we volop in het natte seizoen zitten, merken we direct. De auto zakt diep weg in de drassige paden. Het is voor ons, met een 4x4, geen probleem om hier te rijden, maar we vragen ons wel af hoe de dorpsbewoners hier kunnen komen. We krijgen al snel antwoord, want degenen die zich hier de luxe van een scooter kunnen veroorloven zijn zich slippend en glijdend een weg door de modder aan het banen en alle overige dorpelingen moeten te voet verder.

Salavanh NPA (35)Salavanh NPA (33)Salavanh NPA (40)

We passeren bruggetjes die meer op instorten staan, dan dat ze een last kunnen dragen. Wanneer we het echt niet vertrouwen, checken we de diepte van het water en kiezen er voor om de rivier over te steken. Deze rivieren zijn niet dieper dan 75 centimeter en hebben een rotsbodem, dus dit levert geen problemen op.

Het is mooi om te zien hoe de mensen hier leven. We vragen ons vooral af wáár ze van leven. Dit gebied is onherbergzaam, een dichtbegroeide jungle. De watervoorziening bestaat uit een eenvoudige waterpomp die het hele dorp voorziet van water. Veel vrouwen zitten er achter hun weefgetouw of werken samen met hun man op het land. Helaas is het lastig om contact te krijgen met de lokale bevolking. De kinderen lijken een beetje angstig en blijven op een afstandje staan als we ze willen verblijden met een ballon.

Salavanh NPA (7)Salavanh NPA (11)Salavanh NPA (12)Salavanh NPA (13)

In deze dorpen leeft alles en iedereen met elkaar. Ouders, kinderen, maar ook de dieren. Koeien, varkens, geiten, honden, kippen en eenden, allemaal badderen en spelen ze in hetzelfde water. Daar waar de waterbuffels in de rivier liggen, daar springen de kinderen vanaf een brug hetzelfde water in.

Salavanh NPA (42)Salavanh NPA (2)Salavanh NPA (43)Pakse - Salavanh (23)Salavanh NPA (34)

Ook bevinden we ons hier midden in een Malariagebied. Hoe gaan de mensen hier om met hygiëne, vragen we ons af. De volwassenen lopen in zwaar vervuilde kleding, de kinderen lopen vaak in enkel een broekje of naakt en sanitaire voorzieningen zijn ver, heel ver te zoeken. Wij hebben de nodige preventieve vaccinaties en pillen nodig om hier te kunnen zijn, maar wanneer we dit allemaal aanschouwen, lijken onze voorzorgsmaatregelen maar relatief.

Via de nodige gaten en kuilen komen we aan in Toumlan. Vanaf hier moeten we nog ongeveer 75 km noordwaarts naar het dorp Muang Phin. Tenminste… dat is de bedoeling. Voor alle duidelijkheid, in dorpen als Toumlan is geen plaatselijke VVV of Visitor-Centre. -sterker nog, ze zullen hier het bestaan van een visitor-centre niet eens kennen-. Er is geen wegbewijzering, geen city-map, geen verharde weg, geen verlichting, er is he-le-maal niks. Ja, er is tijd, maar die heeft hier al jaren stilgestaan. Er staan alleen maar huizen en er is veel modder. We rijden over een pad waar we moeten uitkijken dat we niet verdwijnen in één van de vele gaten die vol geregend is en er ‘verraderlijk’ ondiep uitziet. Wanneer we uitstappen met de wegenkaart in de hand om de weg te vragen, lopen de mensen snel hun huis in of duiken ze weg achter hun keukentje of bed. De GPS herkent inmiddels ook niet meer waar we staan en wijst op het scherm een loze plek in de jungle aan. Het komt vanaf nu aan op het kompas. Één voordeel hebben we wel; er is maar één weg die noordwaarts gaat. -nu moeten we haar nog zien te vinden!-

Via een wirwar van paden rijden we in noordelijke richting het dorp uit, maar komen we na een paar kilometer stil te staan voor een rivier. Door de hevige regenval is de weg volledig weggespoeld en staan we voor een rivier van een paar meter breed. Het is verraderlijk, want de oevers bestaan uit verticale zandwanden. Door het stromende water erodeert de onderkant en kan de weg zomaar inzakken. We durven veel, maar hier kunnen we onmogelijk overheen. We proberen een eigen omleiding –detour- te maken door eerst oostelijk te rijden om daarna noordwaarts terug te komen op de bestaande route. Maar tevergeefs, we rijden nu de jungle in en ook hier kunnen we niet verder. We moeten terug naar het dorp en dan maar ‘een route naar het westen’ proberen.

De westelijke route vanuit het dorp lijkt een meer gebruikte route, omdat er houten bruggen zijn aangelegd over de rivieren. Vaak is er een ‘detour’ dwars door de rivier voor zwaar verkeer. Stel je hier niet te veel van voor, want detours zijn (bijna) onneembare hordes,maar het is in ieder geval een alternatieve route. De meeste bruggen kunnen het gewicht van onze auto dragen, alhoewel we een aantal malen eerst hebben moeten controleren of de brug 3 ton gewicht aankan. In de meeste gevallen is ons motto: snelheid is alles!

Salavanh NPA (49)

Tot onze verbazing buigt de weg steeds meer af naar het zuiden. We waren in de veronderstelling, dat we de afgelopen twee uren een westelijke route reden, maar wanneer we ons kompas controleren blijken we pal zuid te gaan. Dit betekent, dat we over een aantal kilometer bijna weer bij het startpunt van vanochtend zijn. Het lijkt erop dat we een 'rondje' hebben gereden, onze eigen ‘detour’ van 75 kilometer. Haha! -ook al zijn we vandaag geen meter opgeschoten, spectaculair was het wel!-

Salavanh NPA (51)

Nu we bijna het einde van de route naderen, staan we opeens weer voor een rivier. Hoog water én er is geen brug, maar ook geen ‘detour’. De enige route is er dwars doorheen, want er zijn geen alternatieven. Ja, het enige alternatief is terug rijden, maar dat is wel het laatste waar we aan willen denken. De zijoever van de rivier is erg drassig en wanneer Martin op verkenning uitgaat, zakt hij al gauw weg in de modder. Hij loopt een paar meter de rivier in en gelukkig blijkt de bodem rotsachtig te zijn en heeft de sterke stroming het meeste zand weggespoeld. Met ons rivieravontuur in Australië nog in ons achterhoofd willen we niet weer voor een verrassing komen te staan! -hier zijn geen rangers of officers in geval van nood!- Martin loopt door de rivier naar de overkant, terwijl het water tot halverwege zijn bovenbenen komt. We besluiten om de rivier door te steken, want er is geen direct gevaar dat we vast komen te zitten. De oevers zijn misschien erg drassig, maar daar komen we wel doorheen.

Het blijft toch iedere keer een magisch gevoel om zo’n rivier te passeren. Een flinke dosis adrenaline raast dan door onze lijven, terwijl we vooraf weten dat er geen problemen zijn, maar nu komen we na deze rivierhorde al snel voor een volgende horde te staan... Er is wel een brug, maar deze kunnen we niet oversteken, omdat de nodige steunbalken zijn weggevallen en er enkele belangrijke planken missen.

Salavanh NPA (46)Salavanh NPA (52)

Er zijn er zelfs een paar die ernstig verrot zijn. Deze keer geen ‘detour’ of weg dwars door de rivier. Dit is even balen, want we zijn bijna bij het einde van deze weg! We kunnen niet het risico nemen om deze brug over te steken en halverwege met een wiel in een gat blijven hangen, of erger, dat de auto volledig door de brug zakt. Er is dus maar één optie en dat is noodgedwongen de hele route terug rijden. Er is  geen andere mogelijkheid om verder te komen. We proberen nog wel een eigen route, maar deze loopt dood in een nog bredere en diepere rivier.

Gelukkig hebben we voldoende benzine voor de terugreis. We rijden off-road sowieso nooit verder dan 350 kilometer (een halve tank benzine), als we geen zekerheid hebben dat we kunnen tanken. Toch zijn er hier lokale benzinepompen aan deze route te vinden, onvoorstelbaar. In kleine houten stalletjes staan handpompen waar ze een paar liter ‘regular’ en ‘diesel’ verkopen. Met handpompen worden de scooters, brommers, eventuele stroomaggregaten en landbouwwerktuigen van de nodige peut voorzien. -wanneer we wel hadden moeten tanken, waren waarschijnlijk alle stalletjes in de wijde omtrek weken uitverkocht geweest-.

Salavanh NPA (45)Salavanh NPA (36)

Er zit niks anders op dan terug te gaan naar Salavan, de plek waar we afgelopen nacht geslapen hebben. Waarschijnlijk doet de insectendoder die we gisteravond gebruikt hebben daar nog wel haar werk. Met een zwaar bevuilde auto rijden we laat in de avond het terrein van het guesthouse op. De aanhoudende regen zorgt voor een warme douche en spoelt de modder een klein beetje van de auto af.

Dag 276 en 277 - dinsdag 30 juli en woensdag 31 juli 2013
Klokslag kwart voor vijf! Nee he, het zal toch niet waar zijn! Gisteren was het heerlijk rustig, maar op dit vroege tijdstip schalmt –tenminste dat denken wij- het volkslied van Laos door de luidsprekers van dit dorpje. Waarom zo verschrikkelijk vroeg? Zijn ze hier nu helemaal gek geworden? Gisteravond hebben we tot in de late uurtjes mogen meegenieten van de zangtalenten in de karaokebar, aan de overzijde van straat en nu dit! Even google-en… heel Laos viert vandaag Asalha Puja. Dit is een (boeddhistische) nationale feestdag en hiermee viert men het begin van de regentijd. Wat ons betreft hoeven ze dat echt niet speciaal vandaag te vieren, want de regentijd is voor ons gevoel al een dikke maand geleden begonnen. Vanaf vijf uur wordt één of andere preek gestart en wanneer we om zeven uur opnieuw met piepende shoarma-banden het dorp verlaten, is de beste man nog steeds aan het zingen en prediken. –rare jongens, die Laotianen-

Omdat we gisteren helaas onverhoopt en noodgedwongen rechtsomkeert hebben moeten maken, nemen we vandaag geen risico's en kiezen we voor de verharde weg van Salavan naar Pakse. -inderdaad, de stad waar we drie dagen geleden ook hebben geslapen-.

Salavanh NPA - Savannakhet (7)Savannakhet - Vientiane (6)Savannakhet - Vientiane (7)

Aangekomen in Pakse eten we wat en we besluiten om vandaag geen verrassingsroutes meer te avonturen, maar via de hoofdweg richting Vientiane, de hoofdstad van Laos te gaan.

Wanneer we in Vientiane aankomen, eindigt ‘voorlopig’ ons avontuur per auto. We bereiken na exact negen maanden en 12 dagen een mijlpaal in onze reis: we hebben sinds oktober vorig jaar meer dan 40.000 kilometer met onze Nissan gereden, meer dan 5.000 kilometer afgelegd met de camper in Nieuw Zeeland en nog eens 2.500 kilometer met een huurauto op de Filippijnen. In totaal hebben we in deze periode dus meer dan de ‘Een Heel Rondje Aarde’ gereden én we hebben zonder autoproblemen of schade –ok, één lekke band- deze rit volbracht. Bij de koop van de auto in Perth lag onze prioriteit bij een sterke benzinemotor (geen diesel ivm off-roadroutes), sterke off-roadbanden met uitstekend profiel én goed slaapcomfort (rooftop-tent). Ondanks de waterschade tijdens onze rivieravonturen en al het venijnige stuifzand tijdens de tochten door de woestijnen heeft alles uiteindelijk geweldig uitgepakt! –afkloppen-.

Natuurlijk hebben we wel het nodige onderhoud laten plegen, zo ook nu… Vanochtend hoorde Margrethe bij het wegrijden al een schurend geluid aan de achterzijde van de auto. We waren in de veronderstelling, dat het waarschijnlijk één van de auto’s was die achter ons stond. Voor jullie beeldvorming, de auto’s in het zuiden van Laos komen niet door een APK. Sterker nog, zelfs de sloop in Nederland wil deze auto’s niet meer hebben. -zo ook het exemplaar dat achter ons stond-. Maar we hebben het mis, want wanneer we door de straten van Savannakhet rijden, horen we het krassende geluid opnieuw. Oei, dit klinkt als staal-op-staal bij de remblokken! Nu rijden er in Laos weinig Nissans en van het type Patrol hebben we er slechts één gezien. Dat we weinig tot geen Nissan-dealer tegenkomen, zal jullie niet verrassen, maar we vinden overal een oplossing voor, dus ook nu. ;-) We zoeken wel een alternatief: con-collega Toyota. De hulpvaardigheid bij Toyota is van dezelfde kwaliteit, als die van Nissan in Thailand dwz dat binnen no-time de auto op de brug staat, en –we overdrijven niet- binnen twee minuten staan er zeker tien man rondom de auto te tikken en te kloppen en concluderen ze dat de achterste remblokken volledig zijn versleten. Deze Toyota-garage heeft –uiteraard- geen Nissan onderdelen, maar de remblokken kunnen wel vervangen worden, al moeten ze hiervoor wel eerst ‘even’ naar buurland Thailand, want alleen daar zijn de onderdelen te verkrijgen. Via de ‘friendship’ brug –die in 2007 is aangelegd tussen Savannakhet en Thailand- gaan ze morgenochtend al vroeg voor ons op pad. We laten de auto op de ‘brug’ staan en een medewerker brengt ons naar een hotel drie kilometer verderop.

De volgende ochtend horen we al vroeg dat de benodigde onderdelen in Thailand gevonden zijn en dat de auto ‘gefixt’ kan worden. Prachtig! We lopen aan het eind van de ochtend de lokale markt op en kopen er brood en fruit. ’s Middags wandelen we in de stromende regen naar de garage en om 17:00 uur rijden we met nieuwe remblokken de Toyota-garage weer uit. Wederom geweldige service in Zuidoost Azië!

Dag 278 tm 282 – donderdag 1 augustus tm maandag 5 augustus
We vinden in Vientiane een plek aan de Mekong waar we een paar dagen blijven. Omdat we de auto Vietnam niet in krijgen, vliegen we maandag 5 augustus naar Hanoi in Vietnam en laten we de auto de komende twee maanden ‘veilig en onder dak’ in Vientiane staan.

Vientiane

We schreven al dat we ‘voorlopig’ onze laatste autokilometers hebben gereden. We vliegen nu eerst naar Vietnam en gaan daarna door naar Hong Kong, China en Japan. Dit is wel weer even wennen, want hierdoor zijn we aangewezen op maximaal 20 kilo bagage per persoon. -we halen onze koffers weer tevoorschijn-. Deze hebben de afgelopen maanden ‘ingepakt’ op het roofrack van de auto gelegen. Nadat we maandagochtend de auto hebben gestald, pakken we een tuk-tuk richting het vliegveld.

Hanoi, here we come!

Vientiane - Hanoi (2)Vientiane - Hanoi (4)

Foto’s

8 Reacties

  1. G&E:
    8 augustus 2013
    Martin / Margrethe,

    werkelijk weer een fantastisch verhaal.
    Het is onwerkelijk spannend er fascinerend om jullie verhaal weer te mogen lezen.
    Ondanks dat we voor een groot deel dezelfde route gereden hebben en de dezelfde dingen gezien hebben, lijkt het nu toetaal anders.
    Ha Tien, enkele maanden geleden gingen wij daar wel de grens over.
    De wegen waren net als ons bedekt met 20 cm rood stof en nu ja natuurlijk rode modder.
    Bedankt voor weer een schitterend verhaal.
    We zijn erg benieuwd hoe jullie Vietnam gaan vinden.
    Veel liefs en Take Care xx
  2. Avion:
    11 augustus 2013
    We zijn 7 weken met vakantie geweest. Daarna 2 weken opruimen, vrienden zien, verjaardagen vieren etc. Jullie reisverslag lezen, en dat was heel wat. verhaal Maleisië, die jungletocht, wat heerlijk, dat wil ik ook, ik ben gek op jungletochten. Thailand: de herkenning voor mij, Ook wij zijn in Bangkok geweest. De tempels gezien, met een longtailboot door de klongs (kanalen) bij Bangkok gevaren. Het leven daar op het water. Toen met de nachttrein (een mooie ervaring) naar het noorden en vanuit Chiang Mai een 4 daagse looptocht door de bergen gemaakt en bij bergvolken geslapen: een geweldige belevenis. De longnecks hebben we niet gezien. Jullie verhaal over Cambodja heeft mij in gedachten doen verzinken. De beschrijving van Pol Pot en zijn daden gezamenlijk met zijn trawanten. Daarna de omschrijving van het leven van de bewoners: hangen en liggen is hun geliefde bezigheid en een bed bij de deur hun plek om het familieleven te beleven. En wat er zoal vervoerd wordt op brommer, fiets en andere rijtuigen. En wat een doorzettingsvermogen om daarna twee dagen bezig te zijn om mét auto Vietnam binnen te komen. Jammer dat dat niet gelukt is. Laos, een geweldig mooie natuur en opmerkelijk dat iedereen daar bang is voor de westerse Martin en Margrethe. Wat een geweldige ervaring, deze reis. Als jullie later met z'n tweeën achter de rollator lopen of met een stok, zullen jullie nog met veel genoegen dit herinneren en er over mijmeren. Lieve mensen, wees voorzichtig en vooral: geniet!
  3. Stéphanie:
    11 augustus 2013
    Hey luitjes, wat een heftig Pol Pot verhaal! En wat een gedoe om Vietnam in te komen zeg! Echt fantastisch om jullie verhaal te lezen en naar de mooie foto's te kijken! Geweldig avontuur! Dikke kus van Robert & Stéphanie
  4. Sieneke:
    12 augustus 2013
    Wat weer een boeiend verhaal Martin en Margarethe, zijn jullie af en toe niet angstig? Jullie zijn vast niet angstig ingesteld, anders koos je vast niet voor deze manier van reizen en als je de hele reis hebt gehad, "kun je de hele wereld aan". Wel frustrerend, die grensambtenaren en weten dat ze veel geld van je plukken. Gelukkig is het jullie toch gelukt verder te komen. Prachtig landschap, vooral Laos, en fantastisch de kinderen een ballon geven. Hebben ze misschien nog nooit gezien en zijn ze vast heel blij mee. Geniet er nog van, ik zie jullie volgende verhaal weer met belangstelling tegemoet en buig me nu weer verder over De Centrale As. Het ga jullie goed, groetjes, Sieneke
  5. Ing:
    14 augustus 2013
    Hey lieverds,

    Wat een prachtig verhaal, bijna niet te bevatten vanuit hier, in Grou city ;-)

    Tot gauw op Skype!!!!

    Dikke kus!!
  6. Berto:
    14 augustus 2013
    Ik heb er maar 1 woord voor. Dusssssss!!!
  7. Tjerk en Ineke:
    18 augustus 2013
    Lieve Martin en Margrethe,

    Bijzonder om bijna al een jaar lang mee te reizen via jullie reisverhalen.

    Ook nu weer indrukwekkende, verbazingwekkende, prachtige en ontroerende verhalen en foto’s door nieuwe landen met bijzondere ontmoetingen.

    Jammer dat het niet gelukt is om met de auto door Vietnam te reizen. Als je bij de grens staat is de verleiding misschien wel zeer groot om toch maar “even” gas te geven. We zien weer uit naar jullie volgende reisverslag.

    Vandaag is voor ons de laatste dag van de zomervakantie. Langzaam keert het dagelijkse ritme weer terug. We spreken elkaar snel weer op Skype, tot die tijd “Enjoy and be Safe”.

    Lieve groet, Tjerk, Ineke en de kinderen
  8. Denise:
    26 augustus 2013
    Hee luitjes, even kort maar ik wens jullie alvast nog een (bijna) fijne
    laatste maand, en dat het maar een gezonde maand mag zijn.
    weet eigenlijk ook nooit wat te typen, vandaar deze nonsens....
    lees af en toe jullie verhalen, maar ik hoor het liever in het "echie". .......! lieve groetjes vanuit een zonning nederland en tot ziens!!!! goetjes denise